Vanavond hebben Peter en ik onze belastingaangiftes voor 2020 ingevuld.
Ik kan me nog herinneren dat mijn vader daar uren mee bezig was. Met een potlood vulde hij zijn aangifte in op een kladblok. De kamertafel lag vol met allerlei financiele papieren en krantenknipsels met belastingtips. Als alles doorgerekend was en er geen gulden meer te verdienen was dan vulde hij met een pen zijn aangifte in.
Toen ik mijn aangiftes moest gaan doen kon het gelukkig al met het software programma van de belastingdienst. En tegenwoordig is het gewoon een online aangifte. Bijna alle gegevens zijn al vooraf ingevuld dus het is tegenwoordig niet meer zo’n ellendig werkje.
Toch zien Peter en ik er ieder jaar weer tegenop. Totdat we begonnen zijn en het eigenlijk toch allemaal weer meevalt.
Afgelopen jaren heb ik nog een poging gewaagd om boven de ziektekostendrempel uit te komen. Je zou denken dat ik daar zeker boven kom (ik was mijn eigen bijdrage eind januari al kwijt). En iedere jaar kwam ik nog niet in de buurt van mijn drempel. Dus dit jaar heb ik dat ook maar niet meer geprobeerd.
Nu is het wachten op de definitieve aanslag. We zijn in ieder geval weer een jaar van die aangifte af.