Vanmiddag zijn Sandra en ik naar de James Bond film “Spectre” geweest.
Om de reistijd voor allebei laag te houden zijn we naar de service bioscoop Industry in Veghel gegaan. Persoonlijk ben ik niet zo’n fan van een service bioscoop omdat er dan personeel door je beeld loopt omdat een andere film-kijker iets besteld heeft. Maar het bleek zo rustig te zijn dat ik daar geen last van had. De twee andere bezoekers zaten namelijk achter ons.
De bioscoop zit trouwens in een bijzonder gebouw. Het ligt op een terrein waar vroeger allerlei industrie zat, maar de gebouwen hebben ze nu omgebouwd. Dat is nog te ruiken als je de hal van de bioscoop binnenloopt. Het ruikt er naar oude olie en er staan nog wat oude auto’s (ik gok ter decoratie). Als je naar boven loopt, kom je in het bargedeelte van de bioscoop waar nog allerlei oude machines en onderdelen staan. De bioscoop zaal zelf was ruim en het scherm redelijk groot. Het enige nadeel (maar dat is dus onderdeel van de service bioscoop gedachte) vind ik dat de ‘deurbellen’ opgelicht blijven tijdens de voorstelling zodat ik op de een of andere manier toch af en toe afgeleid werd.
De film duurde maar liefst 155 minuten, ruim 2.5 uur dus. Een hele zit. Maar wat voor een zit. Het was weer een ouderwetse James Bond film met chique auto’s, mooie locaties (van sneeuw in Oostenrijk tot de Sahara), een schurk, wat vrouwen, een nietszeggende reus met metalen vingernagels waarmee hij iemand kan vermoorden, helicopters, treinen, veel vechtscenes (zonder blauwe plekken voor James Bond, hoe doet hij dat toch?) en de nodige gebouwen die ontploffen.
Dat laatste was trouwens tot in de stoelen te voelen die stonden te schudden van het geluid!
Ik zal het verhaal niet te veel verklappen omdat je misschien zelf de film nog wil zien maar hieronder alvast de trailer. Dan krijg je een aardige impressie van wat er in de film zit: